Je ziet het op het nieuws, leest het in de kranten en hoort het in je omgeving. Het is ontzettend moeilijk om in deze tijd een huis te kopen. Zeker voor starters is het een behoorlijke opgave. Er wordt niet meer gekeken naar de waarde van het huis, maar hoeveel een particulier kan lenen bij de bank. Dit zorgt ervoor dat er met flinke bedragen overboden wordt.
En dan heb je nog die vastgoedbeleggers, zij kopen alles op en verhuren het voor een te hoog bedrag. Maar is dat wel zo? Zijn de vastgoedbeleggers wel het grootste probleem op de woningmarkt? Je lees het in dit blog.
Stelen vastgoedbeleggers woningen van starters?
Kritiek op vastgoedbeleggers is een hot topic de afgelopen jaren. Zij zouden namelijk de woningen voor starters voor hun neuzen wegkapen door een flink bedrag over te bieden. Hierdoor hebben starters een kleinere kans op de woningmarkt. Maar zijn beleggers wel het grootste probleem?
Als er wordt gekeken naar de cijfers, is uit recent onderzoek van het kadaster gebleken dat 8,4 procent van de totale woningvoorraad in het bezit is van particuliere beleggers. Onder deze 8,4 procent is een onderscheid te maken tussen drie verschillende soorten beleggers:
- 3,7 procent van natuurlijke personen
- 2,6 procent bedrijfsmatige beleggers
- 2,1 procent grote beleggers
Als er procentueel naar het bezit van beleggers wordt gekeken, is het niet realistisch om te zeggen dat vastgoedbeleggers het grootste probleem zijn.
De problemen betreft vastgoedbeleggers, spelen zich vooral af in de grote steden zoals: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht. Daar kopen beleggers vaak panden op. Soms zijn de panden die zij kopen in verval geraakt en doen ze er weinig mee, waardoor er leegstand ontstaat. Dit leidt tot extra irritaties van buurtbewoners en van starters op de woningmarkt.
Als we kijken naar 2020 zie je dat er in dat jaar de vastgoedbeleggers zeer actief waren. Dit komt omdat dit het laatste jaar was dat de overdrachtsbelasting voor vastgoedbeleggers laag was. In 2021 zou de overdrachtsbelasting voor beleggers namelijk fors stijgen. Uit cijfers van het kadaster blijkt dat beleggers in de eerste helft van 2021, voor de helft minder woningen hebben opgekocht in vergelijking met de eerste helft van 2020.
Vanaf januari 2022 is het toegestaan voor gemeenten om een nieuwe regelgeving in te voeren. Het gaat namelijk om de zelfbewoningsplicht. Het woord zegt het al, de koper van de woning is verplicht om er zelf in te wonen. Dit is tot een bepaalde WOZ- waarde. Hierdoor krijgen starters meer kans op de woningmarkt. Lees meer over de zelfbewoningsplicht in onze blog.
Het effect van de vrije sector huur op de woningmarkt
Zoals in elke situatie is vraag en aanbod belangrijk voor het prijskaartje die er aan gehangen wordt. Dit is ook het geval bij huurprijzen voor woningen in de vrije sector en is terug te zien in de prijzen.
Als we kijken naar 2021 is dit het vierde kwartaal waarbij de huurprijzen zijn gedaald in vergelijking met 2020. Bij deze daling is het belangrijk om te realiseren dat dit gaat om nieuwe contracten en niet om contracten die al bestaan. Bij bestaande contracten is er de jaarlijkse huurprijsstijging.
De daling van de huurprijzen komt onder andere door COVID-19. Door de situatie is er een forse daling in expats geweest. Hierdoor kwamen vele woningen in een wat hoger segment leeg te staan en was er geen vraag naar woningen in die prijsklasse. Pandeigenaren hebben hun huurprijs verlaagd om een grotere doelgroep te kunnen aanspreken. Hiermee willen zij leegstand voorkomen.
Lees ook de blog: alles wat je moet weten over de TONK regeling.
Als er wordt gekeken naar de huidige situatie is te zien dat er langzaam meer expats komen. Wat dit voor gevolgen heeft voor de huurprijzen is nog niet te zeggen.
Als we de huurprijzen vergelijken met de koopwoningen is daar geen verband in te zien. Want waar een prijsdaling plaatsvond bij de huurhuizen, zijn de prijzen van koopwoningen alleen maar verder gestegen. Uit de cijfers van het CBS blijkt namelijk dat in de maanden september en oktober een prijsstijging van maar liefst 18,5 procent heeft plaatsgevonden in vergelijking met het voorgaande jaar.
Uit onderzoek van het kadaster blijkt dat beleggers weinig invloed hebben op deze prijsstijging. Volgens sommigen komt het door de overheid. Door verschillende regelgeving van
De verwachting voor de toekomst is dat huizenprijzen nog wel zullen blijven stijgen. Lees voor verdere informatie onze blog: huizenmarkt in 2021, wat gaat er nog veranderen?
Zijn vastgoedbeleggers slecht voor de woningmarkt?
Zoals al eerder benoemd hebben de vastgoedbeleggers een klein aandeel op de woningmarkt. Tevens is te zien dat er steeds minder woningen door vastgoedbeleggers worden opgekocht. Het aandeel van beleggers is dat zij meer financiële middelen hebben om een woning te kopen. Beleggers kunnen meteen afrekenen en brengen een bod uit zonder voorbehoud van financiën. Hiermee kunnen ze al snel starters van de baan af halen. Als verkoper wil je natuurlijk voor een zo hoog mogelijke prijs en zekerheid je huis verkopen.
Vastgoedbeleggers hebben ook een positief effect op de huurmarkt. Zij bouwen bijvoorbeeld kantoren om tot woonruimtes. Dit zorgt voor meer woongelegenheid. Daarnaast bieden de beleggers een helpende hand voor mensen die geen interesse hebben om een woning te kopen.
Maar wie is dan de echte boosdoener van de woningmarkt?
Het antwoord op die vraag is verschillend. De een zegt dat het wel de schuld is van de vastgoedbeleggers of de overheid door de wet- en regelgeving omtrent woningen en de ander vindt dat de grote beleggers zoals pensioenfondsen een te grote vinger in de pap hebben.
